Even voorstellen: Dani van Arnhem – junior ecologisch adviseur
"Als junior ecologisch adviseur heb je genoeg verantwoordelijkheden dat houdt het werk ook leuk. Daarnaast is de combinatie tussen het thuiswerk en veldwerk erg prettig."
Even voorstellen: Dani van Arnhem – junior ecologisch adviseur
Dani van Arnhem is sinds mei werkzaam als junior ecologisch adviseur bij Teia. Daarvoor voerde hij al veel veldwerk voor ons uit, zoals de onderzoeken naar vleermuizen, gierzwaluwen en huismussen. In dit interview vertelt hij over zijn huidige functie en hoe het is om voor Teia te werken.
Hoe kwam je bij Teia terecht?
Ik leerde Teia kennen toen Harmen en Jeroen bij mij op de opleiding langskwamen, om te vertellen wat ze doen. Op dat moment had ik al interesse in ecologisch onderzoek en was ik op zoek naar werk in dat vakgebied. Ik ben er dan ook meteen ingesprongen en voor ik het wist ging ik aan de slag als veldmedewerker. Ik draaide een heel seizoen mee en daarna solliciteerde ik voor de functie junior ecologisch adviseur bij Teia.
De stap naar junior ecologisch adviseur
In maart werd ik aangenomen als junior ecologisch adviseur en ging ik bezig met verschillende onderzoeken, gegevensanalyse en het schrijven van rapporten. Je werkt offertes uit, bent bezig met een onderzoeksvraag of je werkt in ArcGis. Een ondersteunende rol aan de projectleiders dus, waarbij ik zelf nog veel veldwerk kon uitvoeren.
Ook hielp ik mee met de praktijkcursussen, daarbij had ik een assisterende rol. Wellicht kan ik deze cursussen volgend jaar zelf geven. Hoewel ik niet iemand ben die zo makkelijk voor een groep zal gaan staan. Maar juist om uit die comfortzone te stappen is wel een leuke uitdaging.
Afgelopen seizoen
Tijdens het huismusseizoen was ik gemiddeld 5 dagen in de week bezig met het veldwerk. Toen het vleermuis- en gierzwaluwwerk begon, liep ik wel eens 6 tot 7 rondes per week. Ik vind het interessant om zelf de ecologische onderzoeken uit te voeren, en het is belangrijk dat je een bijdrage levert aan de bescherming van soorten.
Afgelopen seizoen is wel chaotisch verlopen, ik stroomde natuurlijk ook midden in het veldwerkseizoen in als junior ecologisch adviseur. Maar ik heb wel veel geleerd van deze tijd, juist omdat er zoveel op je afkomt. Hoe iedereen werkt binnen Teia, maar ook hoe alles verloopt in het veld. Je moet er wel tegenkunnen dat er veel op je afkomt. Voor mij is dat juist erg leerzaam geweest, ik kon daar wel mijn eigen weg in vinden.
Mooiste waarnemingen
Om dit seizoen weer kraamverblijven te vinden is weer heel gaaf. Zeker als je ze tegenkomt op onverwachte plekken. Zien wat er allemaal gebeurt in zo’n verblijf, ja dat is wel heel mooi.
Dit voorjaar heb ik ook voor het eerst huismusonderzoek gedaan, dat was ook erg interessant. Juist omdat je zo goed ziet wat er zich allemaal afspeelt, dat geldt trouwens ook voor de gierzwaluwen. Hoogtepunten zijn wel als je een veel nestplaatsen vindt, in een redelijk klein gebied of juist veel nestplaatsen.
Mijn ideale werkdag
Een mooie afwisseling tussen het werk binnen en buiten is voor mij ideaal. Bijvoorbeeld ’s ochtends starten met huismusonderzoek en daarna thuis achter de computer werken aan de algemene taken. Zoals ArcGis of het schrijven van een onderzoek. Of juist na het computerwerk naar buiten gaan om ’s avonds het vleermuis-/gierzwaluwonderzoek uit te voeren.
Hoe is het om voor Teia te werken?
Ik ervaar het als erg goed en leuk, er hangt een fijne sfeer en we hebben een gezellig team. Een team dat erg open is naar elkaar en voor je klaarstaat, ook als er iets aan de hand is. De diversiteit in mijn werk maakt elke dag anders, dat is heel fijn. In het afgelopen half jaar heb ik veel bijgeleerd en ben ik persoonlijk gegroeid. Als junior ecologisch adviseur heb je genoeg verantwoordelijkheden dat houdt het werk ook leuk. Daarnaast is de combinatie tussen het thuiswerk en veldwerk erg prettig.
Doorgroeien
Ik ben nu een half jaartje werkzaam in deze functie en ik kan mezelf nog voldoende ontwikkelen. Op ieder vlak liggen nog leerkansen, bijvoorbeeld praktisch. Onderzoeken naar bijzondere soorten of onder bijzondere omstandigheden. Zoals de onderzoeken naar tweekleurige vleermuis, franjestaart of bosvleermuis. Onderzoeken buiten de stedelijke gebieden, waar je een warmtebeeldcamera voor nodig hebt.